In gesprek met Cees van Gerwen en Teun Mallens van ROC Tilburg over de dalende instroom in de techniek en de cruciale rol van zowel het onderwijs als het bedrijfsleven.
Techsharks is sponsor van het project Go for Africa. Drie weken lang rijden ROC-leerlingen met hun auto vanuit Nederland naar West-Afrika, om in Gambia gedurende 7 weken een stageopdracht uit te gaan voeren. Daar worden de jonge techneuten getest op hun zelfredzaamheid en vindingrijkheid. Cees en Teun zijn in 2013 met het project gestart en het project alleen al is een mooie reden om in gesprek te gaan. Maar de realiteit is ook dat steeds minder jongeren voor een technisch profiel kiezen en de instroom vanuit het VO naar het MBO afneemt. Zonde! Want het is een mooi en cruciaal beroep, aldus Cees en Teun.
Cruciaal beroep
Volgens Cees is er altijd al sprake geweest van een lage instroom naar technische opleidingen: “Alleen, zo extreem als nu, is het nog nooit geweest. In de afgelopen jaren zijn er allerlei projecten georganiseerd, bijvoorbeeld gericht op meisjes en vrouwen in de techniek, maar dit heeft nog altijd niet het gewenste effect. Waar dit aan ligt? In landen als Duitsland of Frankrijk heb je als techneut een goedgeziene baan, maar wij noemen het hier een ‘laagopgeleid’ beroep. Dit maakt een baan in de techniek niet echt populair. We zien niet alleen grote tekorten in de techniek, dat geldt voor de zorg net zo. We realiseren ons nu alleen meer dat technisch opgeleide mbo’ers cruciaal zijn voor de economie. We moeten daarom niet van ‘laagopgeleid’ spreken, maar deze beroepen als ‘cruciaal’ zien voor de maatschappij.”
Enthousiasme voor techniek
Dat de laatste jaren de doorstroom vanuit het middelbaar onderwijs minder is geworden, komt volgens Teun dan ook deels doordat er geen lessen in techniek meer werden gegeven op school. “Als leerlingen op jonge leeftijd al niet met techniek te maken krijgen, resulteert dit logischerwijs later ook niet in het kiezen van een technische opleiding. Daar is nu gelukkig wel meer aandacht voor op scholen, om techniek toch weer populair te maken. Het duurt alleen even voordat we hier het resultaat van gaan merken.”
En hoe maak je VO-scholieren enthousiast voor techniek? Dat is volgens Teun heel simpel. “Laat leerlingen eens een vogelhuisje timmeren. Dan leren ze iets maken waar ze achteraf trots op kunnen zijn. Juist dat proberen wij onze leerlingen mee te geven, dat ze trots mogen zijn op zichzelf. Dit zullen ze vervolgens ook uitdragen en anderen enthousiast maken. Maar dat moet eigenlijk al op de basisschool beginnen.”
Laat als bedrijf zien wat je doet
Op de vraag hoe het bedrijfsleven hierin een rol kan spelen, is voor Teun niet zo ingewikkeld. “Bedrijven moeten meer laten zien wat ze doen. Neem als voorbeeld de Coca-Cola fabriek in Dongen. Als ik vraag wat ze daar maken, dan kan iedereen die vraag wel beantwoorden, maar als ik vraag wat je daar als techneut zou kunnen doen, dan is dat helemaal niet bekend. Terwijl het een gigantisch technisch bedrijf is. Ook daar geldt: laat het zien, wees hier trots op en neem leerlingen mee in dit enthousiasme.”
Leren door te doen
Teun licht dit verder toe: “Voorheen wilden technische bedrijven bij voorkeur pas gaan werken met vierdejaars leerlingen of met pas afgestudeerden. Maar talentontwikkeling moet in de praktijk plaatsvinden, vooral in de beginnende leerjaren. Op school kunnen we niet altijd gelijklopen met de praktijk en van voorbeelden uit de praktijk leren ze veel meer. Dat geldt voor de deelnemers aan een excellentie traject zoals Go for Africa natuurlijk in extreme mate. Daar maken leerlingen ervaringen mee, die hun kijk op het bekende voorgoed zal veranderen. De investering in jong technisch talent loont enorm en bedrijven beginnen dat gelukkig meer en meer in te zien.”
Cees vult aan: “In het eerste en tweede leerjaar gaan de leerlingen tien weken in een bedrijf aan de slag. In het derde jaar zelfs een half jaar en in het vierde jaar zijn ze een half jaar bezig met afstuderen. Na het afstuderen komen ze vrijwel altijd terug bij het bedrijf waar de stage heeft plaatsgevonden, dus voor bedrijven is het heel erg slim om in een vroeg stadium al te beginnen met het begeleiden van leerlingen.”
Hoe keren we het tij?
Volgens Teun heeft het bedrijfsleven een breder pallet nodig om leerlingen te enthousiasmeren. “Om een basisschoolleerling nu al enthousiast te maken moet je als technisch bedrijf laten zien wat je doet. En een VO-leerling kun je mee laten draaien of een opdracht laten doen. Als bedrijven zich meer openstellen en de vaak indrukwekkende techniek achter veel zaken laten zien, dan zal dat de doorstroom naar het bedrijfsleven bevorderen.”
Go for Africa
Cees en Teun zijn inmiddels tien jaar geleden met Go for Africa gestart vanuit ROC Tilburg, met het idee om de ontwikkeling van leerlingen te bevorderen. Het is bij uitstek een project waarbij leerlingen heel erg gestimuleerd worden om het beste uit zichzelf te halen. Op de vraag wat een dergelijk project betekent voor leerlingen, zegt Cees trots: “Voor de leerling zelf is het een enorme stap. In Nederland is alles voorhanden, alles werkt en is aanwezig, maar dat hebben ze daar niet. Leerlingen leren daardoor op zichzelf te staan en problemen flexibel op te lossen door te kijken naar mogelijkheden. Dat nemen ze hun leven lang mee. Ze worden een totaal ander mens.”
Waardevolle ervaring
Op de vraag wat een dergelijk project kan betekenen voor bedrijven zegt Teun: “Toen we tien jaar geleden begonnen was het nog vrij ongebruikelijk om internationaal stage te lopen. Omdat wij van mening waren dat leerlingen meer kunnen dan dat wij van ze vragen in de les, zijn we dit project gestart. In de onderwijspraktijk is sprake van een veilige omgeving, maar eenmaal daar zijn ze op zichzelf aangewezen. En daar leren ze op te anticiperen.”
“De voorbereidingen beginnen al een jaar vooraf, maar ze kunnen zich niet voorbereiden op wat ze daar gaan tegenkomen. Wij horen van bedrijven terug dat dat absoluut merkbaar is. Leerlingen die mee op reis zijn geweest, zijn niet alleen een persoonlijke ervaring rijker, maar zijn daarna veel meer oplossingsgericht. En deze mooie levenservaring draagt ook bij aan het bedrijf waar de leerling uiteindelijk gaat werken.”
Wie is Cees van Gerwen?
Cees van Gerwen is directeur bij ROC Tilburg, school voor Mechatronica, Werktuigbouw en Metaaltechniek en school voor Procestechniek.
Wie is Teun Mallens?
Teun Mallens is teamcoördinator bij ROC Tilburg, school voor Mechatronica, Werktuigbouw en Metaaltechniek en school voor Procestechniek.